Op zowel de entreetoets in groep 7 als de Cito-toets in groep 8 komen studievaardigheden terug. Vreemd genoeg oefenen weinig scholen aan studievaardigheden en worden kinderen min of meer verrast door dit vak, dat toch wel een belangrijke rol speelt.
Studievaardigheden is een ruim vak, waarbij meerdere zaken een rol spelen. Zo leren kinderen kaartlezen en het hanteren van naslagwerken, maar moeten ze ook schema’s en grafieken kunnen lezen en plattegronden begrijpen.
Om thuis te oefenen met studievaardigheden hebben we een uitgebreid artikel geschreven. In het artikel geven we tips en adviezen om studievaardigheden thuis te kunnen oefenen.
Inhoudsopgave
Studievaardigheden en alfabetiseren
Op zowel de Entreetoets in groep 7 als de Cito-toets in groep 8 komt het vak studievaardigheden uitgebreid aan bod. Het belang van studievaardigheden is vrij groot. In principe is studievaardigheden een combinatie van meerdere vaardigheden, waaronder begrijpend lezen en rekenen. Ook inzicht speelt hierbij een belangrijke rol.
Alfabetiseren
Bij studievaardigheden komt vooral alfabetiseren aan bod. Kinderen leren om woorden, namen van mensen en plaatsen op alfabetische volgorde te plaatsen. Daarbij wordt vooral gelet op:
- voornamen en achternamen;
- het al dan niet vervallen van tussenvoegsels;
- het alfabetiseren van woorden die met dezelfde letters beginnen.
Beginnend alfabetiseren
Wanneer leerlingen op school werken met het vak studievaardigheden wordt er in het begin vrij eenvoudig gealfabetiseerd. De woorden beginnen bijvoorbeeld allemaal met andere letters, zoals de reeks: wolf, leeuw, tijger, orka, neushoorn. Deze woorden zijn vrij eenvoudig te alfabetiseren en helpen kinderen om het alfabet nog beter geautomatiseerd te krijgen.
Moeilijker alfabetiseren
Maar het kan ook moeilijker. Wanneer kinderen eenmaal verder zijn krijgen ze te maken met letters die wel heel dicht bij elkaar liggen, zoals de reeks: tijger, trompet, trommel, trio en tijdmachine. Hiervoor moet een kind naar de volgende letter en soms zelfs naar de derde of vierde letter (bij trompet en trommel) kijken om de positie van de woorden te bepalen. Ook het alfabetiseren van namen kan lastig zijn. Want vaak vervallen tussenvoegsels, waardoor Van As helemaal vooraan komt te staan in plaats van achteraan, zoals in de reeks: Van Grunsven, Heijerda, Mooij, Spijkermans, Van As en De Leeuw.
Plaatsen in de kaartenbak
Waar de kinderen vaak ook mee leren te oefenen is middels een kaartenbak. In het begin bestaan de kaarten gewoon uit de letters A tot en met Z en wordt de naam Jan van Hattem in de bak met de letter H gestopt. Maar later wordt het ingewikkelder en zitten de namen met A tot en met Be in kaartenbak 1, Bi tot en met Ch in bak 2 en Ci tot en met De in bak 3. Daarmee wordt het ingewikkelder, want twee bakken maken kans om het goede antwoord te zijn.
Hanteren van woordenboeken
Uiteindelijk is het de bedoeling dat kinderen door middel van alfabetiseren leren hoe naslagwerken, zoals het woordenboek, gehanteerd dienen te worden. Daar wordt dan ook vaak naar verwezen in de oefeningen of opdrachten. Als fragment kan een stukje woordenboek zijn opgenomen, waarbij de woorden assertief en atheneum zijn afgedrukt. Aan het kind de vraag welke woorden er nog meer op deze pagina te vinden zijn.
Studievaardigheden en alfabetiseren oefenen
Voor kinderen kunnen studievaardigheden en alfabetiseren best lastig zijn op de Cito-toets. Zeker als ze hier nog weinig mee geoefend hebben. Om uw kind goed voor te bereiden op dergelijke vragen, kunt u zelf oefenen. Ons oefenmateriaal gaat dieper in op alfabetiseren, maar ook op de andere onderdelen die bij studievaardigheden aan bod komen. Zo bereidt u uw kind optimaal voor op de Entreetoets in groep 7 en de Cito-toets in groep 8. Door te oefenen zal uw kind zelfverzekerder zijn en waarschijnlijk veel minder stress voor de toets ervaren.