Cito-scores en het voortgezet onderwijs

Sinds de Eindtoets in het basisonderwijs is verplicht, is er het een en ander veranderd op het gebied van de Cito-toets en de bijhorende score. Wat heeft de wetswijziging in 2015 voor gevolgen gehad en hoe wordt er terug gekeken op het eerste jaar Eindtoets in april? Dit artikel informeert u erover.

 

Wetswijziging: iedereen maakt Eindtoets, verplicht

In de wetswijziging van 2015 is te lezen dat staatssecretaris Sander Dekker alle kinderen in groep 8 verplicht een Eindtoets af laat nemen. Hiermee wordt tegemoet gekomen aan een examencultuur, zoals dat in veel andere Europese landen ook gebeurt. Het belangrijkste motief om deze toets af te nemen is om middelbare scholen een beginsituatie te geven die niet subjectief gekleurd is, door het beeld van de leerkracht. Voorheen was namelijk het advies van de leerkracht voldoende om een leerling ergens geplaatst te krijgen. Nu moeten daar ook de Cito-toetsen uit het leerlingvolgsysteem in worden meegenomen. De score van de Eindtoets komt pas veel later dan wanneer de kinderen ingeschreven moeten zijn op het voortgezet onderwijs. Maar de Eindtoets biedt nog wel enkele speelruimte. Heeft een kind vmbo-advies gekregen van de leerkracht en is het aangemeld voor het vmbo? Dan kan een hogere uitslag op de toets in april ook een hogere plaatsing mogelijk maken.

Dit is natuurlijk in overleg met de middelbare school.

 

Cito-toets of een andere Eindtoets?

De Eindtoets en de Cito-toets werden voorheen als één genoemd. Sinds de wetswijziging is daar echter geen sprake meer van. De Eindtoets is verplicht, maar dat betekent niet dat het de Eindtoets van Cito moet zijn. De meeste scholen hebben in 2015 nog wel de Cito-toets afgenomen en zullen dat, naar alle waarschijnlijkheid, blijven doen, want Cito heeft een grote vinger in de pap. Ze zit achter de leerlingvolgsystemen en heeft de begin, midden en eindtoetsen die kinderen door het jaar heen maken.

Andere Eindtoetsen zijn leuk, maar zullen niet hetzelfde beeld geven als Cito, laat staan dat ze profiteren van de acht jaren onderwijs die het kind al gehad heeft. Los daarvan neemt de middelbare school liever alles van Cito over, dan van andere toetsinstanties. Het is dus de vraag in hoeverre de nieuwe Eindtoetsen het van de Cito-toets gaan winnen.

 

Van februari naar april

De verschuiving van februari naar april heeft een aantal gevolgen. Los van het advies, dat nu niet meer gebaseerd kan worden op de Cito-score, kan het zijn dat kinderen hoger of lager scoren. Een hogere scoren kan resulteren in een hogere plaatsing, maar een lagere score kan dat niet. Dus wanneer een leerkracht havo adviseert en een leerling vmbo scoort, kan de middelbare school noch de basisschool besluiten om de leerling lager te plaatsen. Wanneer ouders dit wel willen, kan erover gesproken worden. Het kan echter niet worden afgedwongen.

De reden dat de toets van februari naar april is verschoven heeft ook te maken met de gang van het schooljaar. Op deze manier hebben kinderen nog twee maanden extra om de stof eigen te maken die in de Eindtoets wordt getoetst.

 

2015 als eerste keer

In 2015 is deze manier van toetsen voor het eerst gebeurd. Het is veel scholen goed bevallen, omdat de Cito-score niet meer voor stress zorgt. Kinderen zijn dan al geplaatst. En kinderen die toch hoger blijken te kunnen, kunnen makkelijker worden over gezet naar een hoger niveau. Er is geen druk op de ketel, want een lagere plaatsing kan niet voorkomen. Wie havo gekregen heeft op het advies, heeft havo gekregen op een advies gebaseerd op toetsen en acht jaar basisonderwijs. Een momentopname zoals de Eindtoets kan daar niets meer aan veranderen. De komende jaren zal deze wijze van toetsen gevolgd blijven worden.

1 Reactie

  1. ricardo miltenburg september 22, 2015

Reageer!